donderdag 13 juli 2017

Geestelijke identiteit (3)

In mijn vorige blogje schreef ik al dat we bij identiteit veelal te eenzijdig denken, alsof er maar één antwoord op de vraag 'wie ben ik?' is.

We kunnen de geestelijke identiteitsvraag niet loskoppelen van de identiteitsgever, namelijk God zelf. In Hem vinden we onze ware identiteit en die bestaat uit vele facetten. De belangrijkste daarvan is wel dat iedereen een kind van de Allerhoogste God kan zijn! De Bijbel noemt dat een voorrecht.

Wie hem [Jezus] wel ontvingen en in zijn naam geloven, heeft hij het voorrecht gegeven om ​kinderen​ van God te worden (Johannes 1:12).

Door geloof in Jezus Christus worden we een kind van God. En daarmee gaat er als het ware een identiteitsdeur open. De beslissing om Jezus in je leven te ontvangen ('aan te nemen' staat er in sommige vertalingen) en in Zijn naam te geloven heeft grote consequenties. Uit eigen ervaring kan ik vertellen dat geen dag in mijn leven meer hetzelfde is als voor die grote beslissing. Het meest bizarre is misschien wel dat we niet langer de identiteit van 'zondaar' hebben, maar nu 'heilige' zijn.

Ja ja, ik weet het, de Bijbel zegt dat we allemaal als zondaar geboren worden. Dat betwist ik zeker niet. Een blik op het nieuws en de kranten zegt genoeg. Maar als zondaar geboren worden betekent niet automatisch dat we ook als zondaar zullen moeten sterven. Wees eerlijk, dat zou het leven vrij nutteloos maken en het offer van de Here Jezus een mislukte campagne. Het goede nieuws is nou juist dat wij van zondaars kunnen veranderen in heiligen door geloof en genade. 

Omdat God u heeft ​uitgekozen, omdat u zijn ​heiligen​ bent en hij u liefheeft, moet u zich kleden in innig medeleven, in goedheid, bescheidenheid, zachtmoedigheid en geduld (Kolossenzen 3:12).

Beweren dat we altijd zondaars blijven is Bijbels gezien niet te onderbouwen. Dan zou Paulus zijn brieven wel hebben geschreven aan de zondaars van Efeze en Kolosse... toch? Nee, gelovigen worden heiligen genoemd. Dat zijn we misschien niet in de ogen van de wereld, maar wel in de ogen van God. En dan niet heilig in de zin van 'heilig boontje',  maar heilig als in 'apart gezet'.

Ja, natuurlijk maken we nog wel fouten, maar we hoeven niet meer met de last van zonde op onze schouders te lopen. Heerlijk!

Hij [Jezus] heeft zichzelf voor ons gegeven om ons van alle zonde vrij te kopen, ons te reinigen en ons tot zijn volk te maken, dat vol ijver is om het goede te doen (Titus 2:14).