In mijn vorige blogje riep ik op om de tekst in Efeziërs 4:11-13 een paar keer aandachtig te lezen in verschillende vertalingen. Eigenlijk ontstaat er dan al een idee over het doel van de kerk in het algemeen.
Uiteraard zijn die verzen onderdeel van een hoofdstuk en dat hoofdstuk onderdeel van een Bijbelboek, in dit geval een brief die de apostel Paulus in de 1e eeuw AD aan de gelovigen in Efeze schreef. Efeze was toen de hoofdstad van de Romeinse provincie Asia, in het westen van Turkije.
Laten we eens zin voor zin kijken wat de Bijbel zegt...
En hij [Jezus] is het die apostelen heeft aangesteld, en profeten, evangelieverkondigers, herders en leraren...
Die zin alleen al geeft stof tot nadenken en discussies, maar zeker ook tot dankbaarheid. Jezus heeft mensen met een specifieke opdracht (roeping) aangesteld ('gegeven' staat er in de HSV en Het Boek). Heerlijk, denk ik dan, dat hoeven we in elk geval niet zelf te verzinnen of op te zetten. Deze mensen zijn een gift, een geschenk. Zij hebben daarvoor niet geleerd of gestudeerd, maar zijn 'slechts' gehoorzaam geweest aan een roeping.
Sommige theologen en geloofsstromingen beweren dat apostelen en profeten niet meer in deze tijd voorkomen, dat die er alleen waren om de kerk tweeduizend jaar geleden op te starten. Maar diezelfde mensen geloven nog wél dat er herders (pastors, dominees, voorgangers, hoe je ze ook noemen wilt) en leraren zijn... Tsja, dat lijkt me een beetje willekeur met als vervelend gevolg dat bepaalde mensen (functies) uit deze groep van vijf zijn getild en daarmee verheven tot (veelal) geisoleerde posities.
Niemand kijkt er raar van op als een man of vrouw zich voorstelt als 'de pastor van die en die gemeente' of 'de dominee van die en die kerk'. Maar als iemand bijvoorbeeld zou beweren 'de profeet van die en die gemeente' te zijn, krijgt hij/zij al snel het stempel 'vreemd' of 'sektarisch' of 'vals'. Zouden jullie eens met mij mee willen denken hoe dit komt? Bijbels gezien kan het gewoon niet!
Met elkaar hebben zij namelijk een taak...