In deze blogserie wil ik stilstaan bij Colossenzen 1:15-20. We hebben al gezien welke diepe waarheid er in vers vijftien ligt: In de persoon van Jezus Christus is de onzichtbare God zichtbaar geworden. Hij was er al voordat God aan de schepping begon.
We kunnen God niet zien, maar Jezus liet Hem tijdens Zijn leven op aarde zien in de dingen die Hij deed en zei. Er waren duizenden en duizenden ooggetuigen en velen van hen hebben hun ervaringen van generatie op generatie doorverteld en later aan papier toevertrouwd. De Bijbel lezen is één manier om God te leren kennen.
Als we verder lezen in dat eerste hoofdstuk van de brief die de apostel Paulus aan de gemeente in Kolosse (dat ligt nu in Turkije) schreef, lezen we het volgende:
Christus Zelf heeft alles in de hemelen en op aarde geschapen, al het zichtbare en het onzichtbare. Koningen en wereldheersers, regereringen en andere authoriteiten, alles is door Christus gemaakt tot Zijn eer.
Poeh, wat is er dan fout gegaan, vraag je je misschien af. Er zijn nogal wat wereldheersers en regeringen geweest die er een potje van hebben gemaakt, zelfs nu nog. Het lijkt wel erger te worden in plaats van minder. Dictaturen, duivelse regimes en onderdukking... dat kan toch niet tot eer van God zijn?
Nee, zeker niet. Persoonlijk lees ik in die tekst dat niets of niemand kan bestaan zonder dat Jezus hem/haar geschapen heeft en Hij heeft alles en iedereen (dus ook leiders en mensen in authoriteit) geschapen met een doel. Namelijk om eer te brengen aan Hem als Schepper van hemel en aarde. Het gaat dus fout als mensen dat niet erkennen en zichzelf boven God stellen door Hem te negeren of Zijn bestaan te ontkennen.
Die arrogantie heeft geleid en leidt nog steeds tot afschuwelijke situaties waarin persoonlijk gewin en macht boven het welzijn van een volk worden verheven. Dat is nooit de bedoeling geweest. In Psalm 2:10-12 staat: Koningen van alle volken, wees dus verstandig. Leiders van alle landen, wees dus gehoorzaam. Dien de Heer, heb eerbied voor hem. Juich voor hem en breng hem eer. En eer ook de koning, zijn zoon. Anders wordt de Heer woedend. Dan loopt het slecht met jullie af! Gelukkig zijn mensen die hulp zoeken bij de Heer.
Misschien vind je dat wel streng klinken, maar blijkbaar heeft elke leider en elke regering [en uiteindelijk ieder mens] een keus.