Het is inmiddels meer dan twintig jaar geleden dat we voor het eerst kerst vierden in de USA. Ik herinner me nog goed dat ik het meer op ons sinterklaasfeest vond lijken dan op de viering van een christelijk feest. Al die kadootjes! Anno 2010 is kerst hier nog steeds een commerciële poespas. Kopen, kopen, kopen heeft het heilige geschal van de engelen al lang overschreeuwd en ieder jaar moeten we toezien hoe de helft van al die dure kado's later ongebruikt in een hoek ligt of in een 2e hands winkel terechtkomt. Het bezit van de zaak is namelijk het einde van het vermaak, zoals mijn moeder vroeger zei als we zeurden om speelgoed of een nieuwe fiets. Bekende woorden die ons een eenvoudige levensles leren.
De consumptiemaatschappij waarin we leven is erop gericht ons te laten denken dat we iets missen, dat ons leven pas compleet is als we een iPhone aanschaffen, een verbouwing van de keuken plannen of een vakantie naar een ver land boeken. Misschien zijn het kleinere dingen zoals nieuwe kleren, een mooie lipstick of een glossy magazine. Alle reclames die we zien of horen, zijn erop gericht een verlangen in ons aan te wakkeren dat er toe zal leiden dat we het bewuste product willen kopen. Als we vervolgens met een lichte huppel in onze stap thuiskomen en onze nieuwste aanwinst uitpakken is er even dat gevoel van euforie: dit wilde ik al zo lang hebben, nu ben ik blij en tevreden. We weten allemaal dat dat gevoel ook weer heel snel kan verdwijnen, overschaduwd door het verlangen naar weer iets anders. Het bezit van de zaak is namelijk het einde van het vermaak, om mijn moeder’s woorden nog maar eens aan te halen.
Ook in onze langetermijnplanning denken we regelmatig volgens dat patroon. ‘Als ik geslaagd ben gaat het leven pas echt beginnen’, ‘als ik verkering heb zal ik pas echt happy zijn’, ‘als ik een gezin heb is mijn levenswens vervuld’, ‘als ik daar kan wonen en werken is alles top’. maar als we heel eerlijk zijn weten we diep in ons hart dat het verlangen naar meer dingen, naar nieuwere spullen en betere relaties oneindig is, een diep gat zonder bodem waarin steeds meer verdwijnt. en dat betreft niet alleen ons geld, maar ook onze vreugde en vrede. Het menselijk verlangen naar geluk en voldoening kan namelijk nooit worden vervuld met de aanschaf van aardse bezittingen.
In onze verwoede pogingen om geestelijke verlangens met natuurlijke zaken op te vullen, lijken we op een peuter die een rond blokje door een vierkant gat probeert te proppen. Dat gaat gewoonweg nooit lukken! Er is wat dat betreft niets nieuws onder de zon, in Spreuken 8:11 staat, ´Alles wat je ooit zou kunnen wensen valt bij wijsheid in het niet.´ Is het dan niet logisch dat ons zoeken daar naar uit zou moeten gaan? Dat het bezit daarvan het pas mogelijk maakt om echt te genieten van al die andere zaken? Misschien wordt wijsheid niet aangeprezen in televisiereclames en de weekbladen, maar ik zou je van harte aan willen raden dat achtste hoofdstuk in het boek Spreuken eens aandachtig door te lezen en uit te vinden waar het hier nou werkelijk over gaat. In vers 35 staat heel mooi: ´Want wie mij vindt, vindt het leven!´ Wijsheid is een zaak van levensbelang! Wijsheid lag al in de kribbe, meer dan tweeduizend jaar geleden. Ik durf te zeggen dat Hij het mooiste kado is dat we als mensen ooit kunnen aannemen.